Sint Agnes van Rome
Patrones van onze kerk
De glorierijke maagd die op haar dertiende de kroon van het martelaarschap ontving en door de eeuwen heen als een van de meest geliefde heiligen van de Kerk wordt aangeroepen.
Adellijke achtergrond in tijden van vervolging
De heilige Agnes werd geboren in een van de voornaamste patricische families van het keizerlijke Rome, aan het einde van de derde eeuw. Zij beschikte over rijkdom, aanzien en schoonheid, maar zij verwierp dat alles voor haar hemelse Bruidegom, Jezus Christus, voor Wie zij de marteldood onderging toen zij dertien jaar was. Het was de tijd van de grote christenvervolgingen in het Romeinse Rijk. De heilige Agnes is een van de jongste, vroegste en meest vereerde heiligen in de traditie van de Kerk.
De heilige Augustinus zag in haar naam een heilsgeheim: in het Grieks betekent Agnes rein, in het Latijn lam — weerspiegelingen van zowel de ongerepte maagdelijkheid van Agnes als van het Lam Gods, dat zij moedig navolgde door haar marteldood.
Haar schoonheid en afkomst trokken de aandacht van een jongeman, Procus, zoon van de invloedrijke prefect Symphronius. Hij trachtte haar te veroveren met rijkdommen en beloften, maar Agnes weigerde in te gaan op zijn avances en verklaarde dat zij reeds was toegewijd aan Christus, haar hemelse Bruidegom: Ik heb melk en honing uit Zijn mond ontvangen.
Deze zinsnede is een voorbeeld van de zogeheten Disciplina Arcani, die in de Oude Kerk bestond: een versluierde verwijzing naar de heilige Communie. In een wereld waarin christenen werden vervolgd, was het verstandiger om niet openlijk te spreken over de geheimen van het geloof.
Toen haar geloof aan het licht was gekomen, werd zij overgeleverd aan de willekeur van de machtige prefect Symphronius. Hij stelde haar voor de keuze te offeren met de Vestaalse maagden aan de heidense goden van de Romeinen — het gold als een grote eer om tot deze gelederen te worden toegelaten — of overgeleverd te worden aan een bordeel. Zij bedankte voor de eer en werd ontkleed om naar het bordeel gebracht te worden. Toen voltrok zich het eerste wonder: haar haar groeide en bedekte haar lichaam, zodat het aan het gezicht werd onttrokken.
Wonderen in het bordeel
Toen Agnes het bordeel binnentrad, vond zij daar reeds de engel van God, die haar omringde met een heldere glans. Een wit gewaad lag daar, dat zij aantrok.
Procus, de zoon van de prefect, stormde woedend naar binnen. Onmiddellijk greep de duivel hem bij de keel en wurgde hem, zodat hij dood ter aarde viel. Op het gebed van Agnes wekte een engel hem weer tot leven, en hij beleed: De God van de christenen is waarachtig God; de afgoden die wij aanbidden zijn ijdel en machteloos!
De uiteindelijke beproeving
Dit wonder had de zaak moeten beslechten, maar in plaats daarvan eisten de priesters van de afgoden en het volk de dood van de tovenares. Symphronius durfde haar niet vrij te laten uit vrees voor verbanning en de confiscatie van zijn eigendommen, dus stelde hij een plaatsvervanger aan — Aspasius, zijn vicarius — om het volk tevreden te stellen.
Aspasius liet een groot vuur ontsteken en wierp Agnes erin. Maar de vlammen weken uiteen, en Agnes bleef ongedeerd. Sint Ambrosius zou later schrijven dat zij in het vuur evenzeer bewaard was voor de vlammen als zij voorheen was bewaard voor het verlies van haar maagdelijkheid.
Daarop werd zij door het zwaard geveld (jugilatio), beeld van het offer van het Lam Gods. Zo ontving Agnes de kroon van het martelaarschap en stierf als maagd en martelares. Sint Ambrosius schreef: De heilige Agnes ging blijmoediger naar haar dood dan anderen naar hun bruiloft.
Medisch-anatomisch onderzoek van haar schedel bevestigde dat deze toebehoorde aan een jonge vrouw van niet meer dan dertien jaar oud, en dat de botten geen tekenen van verbranding vertoonden — een wetenschappelijke bevestiging van de oude overlevering dat zij het vuur had doorstaan.

Christenvervolgingen onder Diocletianus
De vervolgingen onder keizer Diocletianus (284–305) vormden de zwaarste en meest systematische christenvervolgingen in het Romeinse Rijk. Om de staatsgodsdienst te herstellen en de eenheid van het Rijk te waarborgen, vaardigde Diocletianus in 304 — het vermoedelijke jaar van het martelaarschap van de heilige Agnes — strenge maatregelen uit. Christenen moesten afstand doen van hun geloof en offeren aan de Romeinse goden; bijeenkomsten werden verboden, geschriften verbrand, velen gevangen genomen en ter dood gebracht. Een groot aantal martelaren uit deze periode van vervolging is opgenomen in de liturgische kalender of wordt als lokale heilige vereerd.
De glorie die volgde
Agnes werd begraven in het familiegraf aan de Via Nomentana. Acht dagen na haar marteldood verscheen zij in een visioen aan haar ouders, die bij haar graf waakten: gekleed in een wit gewaad, met een lam — beeld van Christus — aan haar zijde en omringd door een grote schare maagden. Zij sprak: Weeklaagt niet meer over mij alsof ik dood was, maar verheugt u, want met deze maagden heeft Jezus Christus mij een glorierijke woning in de hemel gegeven.

Een verering voor de eeuwen
De impact van Agnes’ martelaarschap was buitengewoon. Binnen enkele decennia na haar dood was zij reeds een van de meest vereerde heiligen in de christelijke wereld — in aanzien direct na de apostelen Petrus en Paulus en de heilige Maagd Maria. Een bewijs hiervoor is dat haar beeltenis is gevonden op oud glaswerk en aardewerk uit de vroege derde eeuw.

Keizer Constantijn de Grote richtte op verzoek van zijn dochter Constantia — die op de voorspraak van de heilige Agnes van melaatsheid was genezen — een basiliek op over haar graf aan de Via Nomentana. Paus Silvester I wijdde deze kerk in tussen 314 en 335.
In de zevende eeuw liet paus Honorius I (625–638) de huidige Sant’Agnese fuori le Mura (“Sint Agnes buiten de muren”) bouwen, met het schitterende absismozaïek waarop Agnes in keizerlijk gewaad staat, bekroond door de hand van God, te midden van vlammen. Ook onder paus Honorius werd het hoofd van Agnes overgebracht naar de Sancta Sanctorum, de pauselijke kapel van het Lateraans paleis, waar de reliek werd uitgesteld voor verering. Haar lichaam rust nog steeds in haar eigen basiliek aan de Via Nomentana. Een marmeren grafplaat bij haar tombe draagt de inscriptie: AGNE SANCTISSIMA — Heiligste Agnes.

Een tweede kerk is aan haar gewijd: de Sant’Agnese in Agone op de Piazza Navona in Rome. Deze kerk staat op de traditionele plaats waar haar kuisheid werd blootgesteld — volgens de legende de locatie van het bordeel waarheen zij werd geleid. De verering van Agnes is dus nauw verbonden met deze twee Romeinse heiligdommen: de ene over haar graf, de andere op de plek van haar grootste beproeving.
De traditie van de lammeren
Een van de meest aansprekende tradities verbonden aan de heilige Agnes vindt nog steeds plaats op haar feestdag, 21 januari, de dag van haar martelaarschap. In haar basiliek worden twee lammeren gezegend na de heilige Mis. Deze lammeren worden op kussens gedragen — het ene met witte strikken en het andere met rode, als tekens van maagdelijkheid en martelaarschap — en gewijd tijdens het zingen van het Agnus Dei. De wol van deze lammeren wordt vervolgens gebruikt voor het maken van de pallia: de waardigheidstekens voor aartsbisschoppen en metropolieten.
Agnes in de Romeinse Canon
Agnes geniet de buitengewone eer om dagelijks genoemd te worden in de Romeinse Canon van de heilige Mis. Zij staat in de rij van heilige martelaressen in de Nobis quoque — het gedeelte van de Canon dat volgt op de apostelen en vroege pausen – samen met Felicitas, Perpetua, Agatha, Lucia, Cecilia en Anastasia. Dit is een teken van de hoogste eer en bevestigt haar buitengewone status in de verering van de vroege Kerk.
Lof van heiligen en pausen
Door de eeuwen heen werd Agnes geëerd door de grootste kerkvaders en pausen. Sint Hiëronymus schreef dat haar lof door de tongen en pennen van alle naties wordt gezongen. Sint Ambrosius prees haar in een panegyricus als lichamelijk schoon, maar nog schoner door haar geloof, en merkte op dat zij vrolijker naar haar executie ging dan anderen naar hun bruiloft. Ook Sint Augustinus, Sint Maximus van Turijn en Sint Gregorius de Grote loofden haar; Gregorius hield zelfs tweemaal een homilie aan haar graf. Paus Damasus I vereeuwigde haar verhaal in het grafschrift Fama refert. Tal van pausen na hem — van Liberius en Honorius I tot Paschalis I, Alexander IV, Urbanus V, Innocentius X en Pius IX — wezen op haar bijzondere devotie en waren betrokken bij de restauratie van haar basiliek of het overbrengen van haar relieken.
Heiligen geïnspireerd door Agnes
De invloed van Agnes reikte ver voorbij Rome en door de eeuwen heen. Sint Martinus van Tours had een bijzondere verering voor haar. Sint Thomas van Aquino droeg altijd een relikwie van Agnes bij zich, en op haar voorspraak werd een zieke gezel van hem genezen. Sint Brigitta van Zweden zag Agnes als leermeesteres in visioenen en werd door haar onderwezen. Thomas à Kempis vermeldt haar als vaste voorspreekster in zijn tijd. Talrijke heilige schrijvers vanaf de vroege Kerk noemen haar een van de meest gevierde heiligen.
Een symbool voor de eeuwen — iconografie
In de kunst wordt Agnes altijd vergezeld door haar onafscheidelijke attribuut: het lam. Zij wordt vaak afgebeeld als een Orante — een biddende figuur met uitgestrekte armen en omhoog geheven handpalmen, teken van haar voortdurende gebedshouding. Op oud grafglas verschijnt zij tussen twee bomen, symbolen van het Paradijs, of tussen twee duiven die elk een kroon dragen, beelden van maagdelijkheid en martelaarschap.
Oude attributen en kleding. Tot haar vroegste attributen behoren boekrollen (volumina) en duiven, symbolen van wijsheid en zuiverheid. Haar kleding is vaak eenvoudig wit, maar soms rijk versierd om haar hemelse waardigheid te tonen.
Iconografie gebaseerd op de wonderen. De wonderbaarlijke groei van haar lange haar, dat haar lichaam bedekte toen zij werd ontkleed om naar het bordeel te worden geleid, is een terugkerend thema in de kunst. Paus Damasus I vermeldde dit reeds in zijn epigram. Soms wordt zij omringd door een engel die haar met een kledingstuk bedekt, of afgebeeld in het witte gewaad dat haar door de engel werd gegeven toen het bordeel veranderde in een oratorium.
Andere symbolen. Zij wordt ook soms voorgesteld met een duif die haar een ring aanreikt, verwijzend naar het wonder van de priester Paulus, wiens bekoringen verdwenen nadat hij een ring aan haar beeld stak en het beeld haar vinger uitstak en weer sloot.
Koninklijke status. Agnes wordt in mozaïeken soms voorgesteld als een rijk versierde koningin — een beeld van haar hemelse waardigheid en van de gaven van de Heilige Geest waarmee zij zei dat haar Hemelse Bruidegom haar had bekleed. In het beroemde mozaïek uit de zevende eeuw in de basiliek fuori le Mura draagt zij een rijk Grieks gewaad en een kroon van edelstenen. Zo staat zij ook afgebeeld op het mozaïek boven het hoofdportaal van de Agneskerk

Feesten en nagedachtenis van de Heilige Agnes
- 21 januari — Dies natalis (dag van haar marteldood) en wijding van de lammeren.
- 28 januari — Gedenkdag van de verschijning aan haar ouders.
Zeventien eeuwen na haar dood blijft Sint Agnes een van de meest geliefde heiligen in de katholieke traditie. De glorierijke maagd Agnes blijft door haar geloof, haar zuiverheid en haar onwankelbare moed een voorbeeld voor allen die Christus willen volgen. Moge haar naam, haar voorbeeld en haar voorspraak ons leiden naar de eeuwige gemeenschap met Hem, de Koning der Glorie.